Commissie Wetenschappelijke Integriteit Kunsthogescholen
Hogescholen zijn verantwoordelijk voor hoger beroepsonderwijs, maar ontwikkelen zich ook steeds meer als kennisinstituten. Het praktijkgerichte onderzoek dat plaatsvindt binnen de hogescholen moet voldoen aan hoge kwaliteitsstandaarden. Daarom is binnen de Vereniging Hogescholen bestuurlijk afgesproken om de Nederlandse gedragscode wetenschappelijke integriteit (NGWI, okt 2018) in te voeren bij alle hogescholen.
Ook de zeven monosectorale kunsthogescholen werken volgens de normen van deze gedragscode. AHK, ArtEZ, Codarts, Design Academy Eindhoven, HKDH, HKU en Rietveld Academie hebben per 1 januari 2023 een gezamenlijke Commissie wetenschappelijke integriteit ingesteld voor het kunstonderwijs. De commissie heeft tot taak om eventuele klachten op dit gebied te behandelen. Met de samenwerking tussen de zeven kunsthogescholen wordt de expertise op het gebied van praktijkgericht onderzoek in de kunsten goed en breed vertegenwoordigd.
De gedragscode
In de NGWI worden vijf breed gedragen principes geformuleerd die de grondslag vormen voor de praktijk van integer onderzoek: eerlijkheid, zorgvuldigheid, transparantie, onafhankelijkheid en verantwoordelijkheid. De principes zijn uitgewerkt in meer concrete normen voor goede onderzoekspraktijken waaraan onderzoekers en andere bij het onderzoek betrokken partijen zich moeten houden. Ze zijn geformuleerd per fase van het wetenschappelijk onderzoek: ontwerp, uitvoering, verslaglegging, beoordeling en peer review, en communicatie.
Taken van de CWI-KUO
De taken van de CWI-KUO zijn beschreven in de ‘Klachtenregeling wetenschappelijke integriteit kunsthogescholen’ (artikel 3.5):
a. De commissie onderzoekt klachten over veronderstelde schendingen van de wetenschappelijke integriteit, beoordeelt of en zo ja in welke mate de wetenschappelijke integriteit is geschonden en brengt daarover advies uit aan het college van bestuur.
b. Op verzoek van het college van bestuur kan de commissie een onderzoek naar een veronderstelde schending van de wetenschappelijke integriteit verrichten en daarover advies uitbrengen zonder dat een klacht is ingediend.
c. Voorts adviseert de commissie de colleges van bestuur van de deelnemende instellingen gevraagd en ongevraagd over het beleid van de hogeschool ter voorkomingen van schendingen van wetenschappelijke integriteit.